Kinderkamp 2011

Dit verhaal neemt u mee, naar Salard, in de provincie Bihor, in het westen van Roemenie.

Dit verhaal neemt u mee, naar Salard, in de provincie Bihor, in het westen van Roemenie.

Van de Roemeense bevolking is ongeveer 6 tot10% zigeuner. Het globale beeld van de zigeuner is erg teleurstellend in Roemenië, miserie, armoede, werkloosheid, discriminatie, en geweld. De straatarme zigeuners leven er als tweede rangsburgers. Volwassenen komen erg moeilijk aan het werk. Volgens de Europese regels zijn de zigeuner kinderen leerplichtig. Als ze de stap om naar school te gaan niet nemen, let niemand daarop. Als ze de stap nemen om wel naar school te gaan, worden ze op de school achtergesteld. Soms zien ook ouders het nut van onderwijs niet in.

De aanleiding van dit verhaal is dat er een kinder zomerkamp wordt georganiseerd voor de zigeuner kinderen die naar het Kamavtut ( In zigeunertaal: betekent dit “ik hou van jou”)huis komen om daar onderwijs te volgen. Het Kamavtut huis staat in Salard.

Het schooltje en de 6 medewerkers worden gefinancierd met sponsor giften via stichting GOUD. (GOUD betekent: gaan – ondernemen – uitdragen – delen. Zie
www.goudkockengen.nl – project Salard en www.agrimana.com )
De huiswerkbegeleiding in het Kamav tut huis heeft als doel dat de kinderen die de stap hebben genomen om naar school te gaan, dat zolang mogelijk zullen blijven doen.

25 Kinderen die trouw de huiswerkbegeleiding hebben gevolgd, worden beloont met een zomerkamp, waar ze al een half jaar naar hebben uitgekeken.

Trouw komen wordt beloond, omdat dat in een mogelijk arbeid proces later ook van essentieel belang is.

Het Kamav tut huis heeft ook een peuterspeelzaal, zodat de stap om naar school te gaan jong geleerd wordt.

Er wordt in het Kamav tut huis ook volwassen onderwijs gegeven. De ouders hebben zelf vaak geen onderwijs gevolgd en vinden het daarom niet nodig dat hun kinderen naar school gaan. Er komen verschillende moeders 1x per week, om te leren schrijven en rekenen.

Guyla het zigeunerkind



Vanmiddag zijn wij ( Jeany, Chris, Clara, Evelien, Rosanne en Sonja) aangekomen in Salard voor het zomer kinderkamp, dat maandag 20 Juni 2011 van start gaat.

Vandaag en morgen zullen dagen zijn waarin we wat kunnen rusten en ons verder voorbereiden op de komende week.

Zaterdagavond lopen Evelien, Rosanne, ik zelf en Abi, onze steun en toeverlaat, Hongaars en Nederlands sprekend( met ons mee) naar het zigeunerkamp, “de groene huisjes”.

De huisjes zijn groen, maar dat is dan ook de enige gelijkenis met wat de woorden groene huisjes oplevert. De eerste stap rechtsaf het ‘straatje”, geeft een ongemakkelijk gevoel. Hier mogen wij in onze mooie kleding en heerlijk ruikend eigenlijk niet lopen. Maar, wij lopen er wel……..

De weg is onverhard, door de schoenen heen is voelbaar hoe oneffen de ondergrond is, de groene huisjes staan in een lijn achter elkaar gebouwd.

Toiletten zijn buiten en dat zijn de latrines die net na de oorlog in
ons land nog bestonden. Kleine zelfgemaakte aanbouwtjes. Het is dat het nu droog is zegt Abi, anders is het hier een modderpoel.

Er zijn mensen en kinderen buiten en het ontgaat mij niet dat onze komst als een vuurtje door het dorpje raast. Enthousiaste kinderen rennen en komen op Abi af. In een taal die we niet verstaan, maar die non-verbaal veel zegt, wordt duidelijk dat de enthousiaste kinderen voornamelijk de kinderen zijn die maandag met ons mee gaan.

Over het onverharde straatje komt een guitig, klein jongetje aangerend. Hij staat voor mij en wrijft met beide handjes in elkaar. Koolzwarte oogjes, een open blik, druk doend en handen klappend blijft hij voor mij staan. “Wat is zijn naam”, vraag ik aan Abi. “Guyla “zegt zij.

“Gaat hij ook mee op kamp”, vraag ik haar.? “Ja, hij gaat ook mee”. Ik laat op mijn manier blijken dat ik het snap en hoe leuk ik het vind dat hij ook mee mag. Zijn enthousiasme werkt aanstekelijk en opeens krijg ik echt zin om maandag op pad te gaan. Zijn armpjes om mijn heupen heen en zo strak vast houdend, sluit ik dit kind al direct in mijn hart.

Maandagochtend, daar staat hij, al een beetje” mijn” Guyla, springend, met zoekende oogjes, zijn energie bijna niet kunnen onderdrukken. Met een plastic tasje waar al zijn bezittingen inzitten voor een week. Is dit alles waar hij mee op kamp gaat deze week, vraag ik mijzelf af? Meerdere kinderen komen met een plastic zakje, ik berust erin en neem me voor ze met liefde te overladen, dan is kleding misschien ook minder nodig.

Guyla krijgt zijn naamkaartje op en een tasje met iets lekkers en drinken voor in de bus. Even later mag ik achter hem zitten in de bus. Als een veertje zit hij op de stoel te wippen. Kijkt nog eens achterom en doet handje klap en stoot zijn reisgenootje aan. Waar dit over gaat weet ik niet, maar genieten is het al.

Hoogstwaarschijnlijk hebben de meeste kinderen geen ontbijt gehad, de spanning van de busreis, het zoete drankje en het hobbelen over de niet altijd gladde wegen maakt dat ongeveer 70% van de kinderen moet overgeven, maar dit lijkt de pret echt niet te drukken. Guyla geniet van alles, “kijk een koe, kijk een geit”. Bij een tennis baan, voetbalveld of een mogelijkheid om te zwemmen gaat de hele bus uit zijn dak. De reis naar het kamp met de bus, verloopt heel soepel.

Duidelijk wordt het dat de meeste van deze kinderen nog nooit hun groene straatje zijn af geweest, buiten het naar school gaan in het Kamavtut huis. Ik kan het mij bijna niet indenken dat dit voor hun mogelijk een wereldreis lijkt.

Het Elim Camp in Budureasa waar wij aankomen, ligt aan het begin van het Apusenigebergte ( Westelijke Karpaten). De omgeving is zeer groen, de groenkleuren zijn zo divers , fris en helder, dat dit ook voor mij als westerse vrouw als nieuw oogt. Glooiend landschap met natuurlijk lopende beekjes.

Het kamphuis bestaat uit 2 woningen. De woningen worden gedoopt tot jongens en meisjes huis. Als ik in het jongens huis ga kijken, laat Guyla mij zijn stapelbed zien. Het lijkt wel of hij een schat heeft gevonden ,zo door het dolle, maar het gaat hierom een eenvoudig houten stapelbed.

Guyla’s energie blijft mij de hele week verbazen, maar niet alleen dat. Zijn tomeloze eetlust. Achter elkaar gaan de broodjes, die heerlijk dik worden besmeerd met boter, het warme eten, de tussendoortjes dat mooie donkere snoetje in. De broodjes smeren op een bordje dat is maar ongemakkelijk. De broodjes worden op de tafel gesmeerd. De boter zit niet alleen aan de mond, maar soms zit een half gezicht onder de boter. Met de onderkant van zijn mouw veegt hij zijn snoetje af. Ligt er hier en daar nog geen stukje komkommer of tomaat, dan verdwijnt dit ook nog in een van trek niet te stillen buikje.

Het zwemmen, lees ravotte
, in het stromende beekje is zo’n ander bijzondere activiteit. Guyla zwemt niet in een zwembroekje van een of ander duur modern merk, nee hoor, je blote lijfje met een onderbroek voldoet ook prima. Dammetjes bouwen, stenen versjouwen net zolang tot je een diepte hebt waarin je helemaal kan zitten. De aandacht die hij vraagt bij het laten zien dat hij wel 5 seconden zijn adem kan inhouden onder het water maakt bij mij en de andere begeleiders een brede lach zichtbaar. Genieten van basis activiteiten, water, stenen, zon, vriendjes om mee te spelen, haren wassen in het beekje. Het maakt mij nederig. Wat een grootsheid in deze kleine kinderen.

De dagen wisselen zich af, maar de rijkdom van knuffels, zelfgemaakte presentjes, lieve lachjes en verbijsterde gezichtjes zijn niet te beschrijven. De kinderen vinden alles leuk. Of het nu om een trefbal veld maken gaat, knutselen of een bonte avond in elkaar zetten, alles wordt met een tomeloos plezier ingevuld.

Donderdagmiddag, de laatste middag. Het team heeft bedacht om de kinderen voordat zij op vrijdag weer naar huis gaan te zegenen en alle kinderen hun persoonlijk moment te gunnen. Begeleiders die iets willen of kunnen vertellen over dit kind krijgen hier de gelegenheid voor
.

Clara die de kinderen en hun woon en thuissituatie goed kent, zegent elk kind. De kinderen klemmen zich aan Clara vast, een houvast voor hen allemaal. Clara zegent met de woorden dat Jezus van hen houdt, wie en hoe ze ook zijn. Hoe goed ze op school hun best doen, ondanks dat het thuis voor hun zwaar is om trouw naar school te blijven gaan. De verhalen over hun woon en leefsituatie snijdt ons door de ziel, de ziel die dan gelouterd wil worden, laat zijn zielenpijn aflopen in tranen. De grote kinderen beseffen de inhoud van hun persoonlijke moment heel diep en worden geraakt door de woorden en de persoonlijke aandacht. Sommige kinderen staan te popelen om hun moment.

Zo ook Guyla, hij lijkt de woorden van Clara te absorberen, hij is één van de elf kinderen in het gezin. Hij is op het kamp met zijn iets oudere broertje en broer.13 personen in één groen huisje, papa die geen werk heeft. Er zijn dagen dat er geen eten is. Ook hij krijgt de zegen mee en wij als begeleiders zeggen hem dat we van hem genoten hebben en dat hij ons aan het lachen heeft gemaakt. Tevens stimuleren we hem en de kinderen om naar school te blijven gaan. Dat wij ook van ze houden en ze speciaal vinden. Wij moeten hun bedanken in plaats van zij ons.

‘s avonds is er nog een geweldig kampvuur, een sterrenhemel zo mooi, en ik bid dat ook al wordt het nog zo donker in hun leventje, er een moment komt dat zij toch ook weer dat lichtpunt zien, van waaruit zij de vicieuze cirkel van hun leven kunnen doorbreken of kunnen dragen.

Vrijdagmorgen na een weer spoedige busreis komen we in Salard terug. Een klein groepje ouders wachten hun kinderen op, maar de meeste kinderen lopen alleen terug met hun plastic zakje richting groene straatje……………,zo ook Guyla, weg van ons, weg van het plezier, weg van de veiligheid, weg van de gedekte tafels, ze gaan terug naar hun wereld. Mijn hart huilt….

Mijn hart huilt, dat is weer zo egocentrisch als wat, stil en al denkend probeer ik afgelopen week in een groter en breder perspectief te plaatsen. Als het ook maar zo mag zijn dat een aantal van deze kinderen, door deze week en door het onderwijs wat zij volgen en de liefde die zij ervaren, veranderingen kunnen brengen bij hun ouders, de mensen op het kamp of hun broertjes en zusjes, dan is er al veel gewonnen. De kinderen terug leggen in de hand van de almachtige God is het enige wat wij kunnen doen. Hopen dat we met elkaar de school in Salard draaiende kunnen houden, daar waar onderwijs samen gaat met liefdevolle aandacht voor de kinderen.
Dag lieve dappere mooie Guyla, dag lieve dappere mooie kinderen van het groene straatje. Hoop dat jullie nog heel lang mogen denken aan deze plezierige en bijzondere week.

Sonja Daalhuizen

  • De Naam Guyla: Hongaarse naam, Guyla was een vorstentitel bij de Hongaren in de vroege middeleeuwen.
  • Guyla is geen fictief jongetje.
  • Als u ook geraakt bent door Guyla en de kinderen van Salard, kunnen we met elkaar er voor zorgen dat de school in Salard kan blijven bestaan en de leraren betaald kunnen worden.
  • De stichting Goud Kockengen heeft een eigen website. www.goudkockengen .nl. Zij zullen heel blij zijn met uw gift. rekening nr. 33.28.333.48 t.n.v. Stichting GOUD met vermelding project Salard.